Je kent het wel vast wel. Je hebt zo’n Zweedse doe-het-zelf kast gekocht en thuis zet je hem meteen even in elkaar. Niet eerst stap voor stap het instructieboekje volgen, maar je begint met de grepen op de deuren. Dan is dat maar vast gebeurd. Tegen het eind loop je vast. Volgens het boekje had je met de achterkant moeten beginnen en niet met de voorkant. Oftewel je bent met de laatste stappen begonnen, in plaats van de eerste.
Het zal je misschien verbazen, maar dit zien wij ook regelmatig gebeuren bij de gevelconstructie. De gevel komt pas als laatste aan bod wat voor problemen in de basisconstructie kan zorgen. Alleen kost het in zo’n geval niet alleen meer tijd, maar ook geld.
In dit blog leg ik je uit waarom de engineering zo belangrijk is en waar we onder andere rekening mee houden.
Solide engineering van een gevel
Bij de engineering van een gevelopbouw zijn een aantal basiselementen belangrijk:
1. Isolatiewaarde (Rc-waarde): voor een goede isolatiewaarde ligt de norm op 4,7 m2K/W. Belangrijk is om in de engineering hier rekening mee te houden. Bij het gebruik van houtskeletbouw (HSB) komt het namelijk vaak voor dat de opbouw van de gevel in combinatie met de Rc-waarde niet voldoet. Hiermee bedoel ik dat er een dikkere isolatie nodig is. Als dat niet gaat, wordt er voor een hardere isolatie gekozen. En daarbij speelt ook het percentage hout een belangrijke rol, want veel hout in een element geeft een lagere Rc-waarde.
2. Brandwerendheid: de brandklasse geeft aan hoe snel een product vlam vat en hoe snel brand zich verder ontwikkelt. Deze brandklasse wordt bepaald op basis van NEN-EN 13501-1 en wordt aangeduid middels A, B, C, of D. Het materiaal ondergaat hiervoor een fysieke test die wordt uitgevoerd om de brandklasse te kunnen bepalen. Op basis van deze resultaten wordt ook een constructieonderdeel ingedeeld in een bepaalde brandklasse.
3. Brandklasse voor samengestelde constructie: een gevel bestaat altijd uit een constructie van losse bouwmaterialen met allemaal een eigen brandklasse. Deze producten zijn afzonderlijk getest en logischerwijs voldoen die dan aan een gestelde brandklasse B of D. Het Bouwbesluit en lokale autoriteiten (bijv. de brandweer) stellen de eis echter niet aan het materiaal, maar aan de samengestelde constructie. Dit betekent dat de brandklasse van de totale constructie door bijvoorbeeld een End-Use test getoetst moet worden.
4. Monteren: naast het feit dat je een gevelbekleding op open of gesloten kunt bevestigen, heeft dit ook invloed op de brandklasse:
Open bevestiging: de openheid van de buitenste laag van de gevel heeft invloed op de brandklasse. Wanneer een buitenblad open is kan het achterliggende materiaal blootgesteld worden aan brand. De brandbaarheid van het achterliggende materiaal moet dan zo beperkt mogelijk zijn. Er kan bijvoorbeeld worden gekozen om een laag achter de gevelbekleding te plaatsen door middel van een windstopper. Dit heeft ook een positieve werking op de brandklasse.
Gesloten bevestiging: het woord zegt het eigenlijk al: de gevel is afgesloten. Hierbij gelden er andere oplossingen.
Ga je bijvoorbeeld planken, stroken of delen op de gevel monteren, dan kan je kiezen uit de volgende twee montagemethoden:
Onzichtbaar: plaatsing door verlijming of met clips.
Zichtbaar: door middel van schroeven of schieten. Vaak wordt deze keuze gekoppeld aan de uitstraling of de plek van de gevelbekleding. Bij een grote kans op beschadiging zal eerder geschroefd worden dan verlijmd, omdat dat makkelijker vervangen is.
Ook in de bouwwereld geldt dus: volg het instructieboekje!
Meer informatie
Wil je advies of meer weten over de engineering van gevelbekleding? Neem dan gerust contact met me op via 088 – 205 34 60 of mail naar info.pvvt@jajo.com.
Tim van Peer
Manager PVVT